Australia part 2! - Reisverslag uit Twizel, Nieuw Zeeland van Luc en lis - WaarBenJij.nu Australia part 2! - Reisverslag uit Twizel, Nieuw Zeeland van Luc en lis - WaarBenJij.nu

Australia part 2!

Door: Luc

Blijf op de hoogte en volg Luc en lis

27 Januari 2012 | Nieuw Zeeland, Twizel

G’day mates!

First things first....de beste wensen allemaal voor het nieuwe jaar! Vanuit Nieuw Zeeland wel te verstaan, want na 7 weken moet Australië het zonder onze aanwezigheid stellen. Aan alles komt een eind, maar gelukkig hebben we het, vergezeld door onze trouwe bloemenbus, geweldig naar onze zin gehad. Hoe we tot deze conclusie zijn gekomen zullen we hieronder uiteenzetten. Beknopt? Hmmm....Nee!!

We lieten jullie al weer meer dan een maand geleden (we zijn wat laat, gebrek aan tijd en internettoegang...) achter met de mededeling dat we één van de daaropvolgende dagen een bezoek gingen brengen aan de Australia Zoo van Luc’s overleden held Steve – the crocodile hunter – Irwin. Hij mag na het worstelen met talloze allesverslindende croco’s dan wel lekgeprikt zijn door een pijlstaartrog in het great barrier reef (de beste stuurlui hadden beter aan wal kunnen blijven...), maar zijn aanwezigheid is nog altijd in alle hoeken en gaten van het park duidelijk merkbaar. Foto’s, filmpjes, merchandise en overenthousiaste medewerkers die net zo onnavolgbaar ratelen als de grote roerganger zijn onmogelijk te ontlopen (‘Crikey, what a BEAAAUUTIFUL animal, isn’t she adorable!’). Het management van het park heeft trouwens goed begrepen dat zelfs een overleden Steve Irwin niet het eeuwige leven heeft, vandaar dat zijn jonge dochter Bindi (13 jaar) en zoontje Robert (8 jaar) het stokje als uithangbord van de dierentuin hebben overgenomen van hun vader die in den hemelen zijt. Bindi heeft net als de crocohunter een eigen programma op Animal Channel en Robert is te zien in allerlei commercials. Waarschijnlijk een slimme zet, anders hadden we nooit met duizenden andere mensen van over de hele wereld een hele dag door het park gestruind. Beter kinderarbeid dan een failliet park heeft men blijkbaar gedacht. Het park was trouwens zeker de moeite waard, vooral de oorspronkelijke sectie met typisch Australische dieren welke in het wild vrij lastig te spotten zijn zoals de dingo, wombat en cassowary. Ook in de Australia Zoo betekent stilstand blijkbaar achteruitgang en uitbreiding schijnt zodoende noodzakelijk te zijn. Inmiddels zijn namelijk ook secties met Aziatische en Afrikaanse dieren toegevoegd, maar voor ons had dit niet zo nodig gehoeven. ‘Australia Zoo’ was voldoende geweest. Na de dierentuin hebben we ook nog even een bezoekje gebracht aan het aangrenzende dierenhospitaal waar we met een kleine donatie enkele pechvogels een hart onder de riem hebben gestoken. Zo lag er een koala met een gebroken been in de couveuse welke al slapend uit de boom was gevallen. Naar het Australische spreekwoord viel de koala trouwens niet ver van de boom op een weg, waar hij vervolgens werd aangereden door een auto. Een hardleers gevalletje, aangezien ‘m dit al 3 keer eerder was overkomen. Niet geheel toevallig trouwens dat een koala dit overkomt; het blijken namelijk vrij domme beesten te zijn. Volgens wetenschappers kan een volgroeid brein namelijk niet gehuisvest worden in hun kleine bovenkamer, waardoor de hersenen gedurende de evolutie steeds kleiner zijn geworden. Tja, slimme beesten eten natuurlijk ook niet de hele dag giftige eucalyptusbladeren waardoor ze 20 uur per dag moet slapen om de afvalstoffen weer af te breken...

Na de Australia Zoo hebben we via de Glasshouse Mountains koers gezet naar de eerste echte grote stad op onze Australiëroute: Brisbane. Het bleek een relaxte stad gelegen op een steenworp afstand van de mooiste surfstranden van Australië: de Gold Coast. Door de opvallende grote hoeveelheid Aziaten waanden we ons weer even terug in Azië, maar het monument opgericht voor de slachtoffertjes van grijpgrage christelijke priesterhanden plaatste ons hardhandig met beide benen terug in de Westerse wereld. Als we het nieuws een beetje volgen is men hier blijkbaar al iets verder in het excuses- en vervolgingsproces dan in Nederland. Omdat de stadscamping (wederom) een rib uit ons lijf trok en omdat we de zeer ongastvrije campingeigenaresse geen cent extra gunden, zijn we na 1 nachtje al weer vertrokken naar de driver reviver in Ormeau, net ten zuiden van Brisbane.
Ohhh man, de driver reviver in Ormeau....waar moeten we beginnen!? Zoals we de vorige keer al uitlegden zijn driver revivers parkeerplaatsen aan de snelweg waar je gratis mag overnachten om vermoeide chauffeurs een veilige haven te bieden. Naast een dixie zijn er geen faciliteiten, maar om de vermoeidheid nog wat extra tegen te gaan wordt er gratis koffie uitgedeeld door vrijwilligers geronseld door de locale afdeling van de Lions. Gelet op het krakkemikkige wagenpark hadden we trouwens al snel door dat je als vrijwilliger zelf niet per definitie lid hoeft te zijn van de Lions. Wel zouden ze gezien hun opvattingen over Aboriginals prima door het leven kunnen gaan als geëmigreerde familieleden van de Nederlandse Henk en Ingrid: ‘the only reason to turnaround when you hit a Aboriginal by car is to run over him again’ en de uitspraak ‘the only thing they do is drink and waste the money we work for’ mocht er ook zijn. Ten overvloede, het zijn gelukkig niet onze woorden, al is de grote hoeveelheid dronken aboriginals bij daglicht opvallend. Maar goed, het moet worden gezegd, samen met onze mede budgetcampeerders Erik en Elkie uit Eindhoven-de-gekste zijn we in 3 nachten uitgegroeid tot hun favorieten en tevens enige stam- en eregasten. Vrijwilligster Linda, die getrouwd was met een man genaamd ‘the old bastard’ (wat wij een ietwat rare naam vonden), had zelfs pizza, koekjes en thee-to-go voor ons geregeld. Dat haar op het oog lesbische collega ‘lifesaver’ ons dagelijks opnieuw probeerde aan te zetten tot naaktzwemmen bij een nabijgelegen strand hebben we maar als wisselgeld beschouwd. De besparingen als gevolg van al deze gegeven paarden hebben we uiteindelijk dubbel en dwars ingezet om de wijn te financieren die we ‘s avonds samen met E&E hebben opgedronken onder het genot van een spelletje Yathzee (Luc aka ‘de Yathzeekoning van Ormeau’ met 3 Yathzee’s in 1 spelletje!) en ‘Who is the man’ (who kent het niet!?). E&E, het 13,5%-schouderklopje na een X-aantal liter wijn zal voor altijd in ons geheugen gegrifd staan. Bedankt hiervoor...
Omdat je nou eenmaal niet de hele dag op een driver reviver kunt staan hebben we overdag ook nog de nodige dingen ondernomen. Zo zijn we een dagje gaan zonnen, zwemmen en surfers kijken in Burleigh heads en hebben we ze een dagje proberen na te doen in Currumbin. Proberen inderdaad want golfsurfen bleek zoals zoveel dingen een stuk moeilijker dan het eruit zag maar Luc is er in geslaagd om met beide benen op de plank staan (ca. 3 seconden ;p). Lis heeft het zelfs gepresteerd om al peddelend zo over de kop te slaan dat ze een aantal weken met een schaafwond op haar jukbeen heeft rondgelopen. Wel stoer zo’n oorlogswond, maar de buiteling was minder charmant.
Verder hebben we van onze buddies E&E gratis kaartjes gekregen voor het waterpretpark ‘Wet ’n Wild’. In dit park kun je je weer de hele dag kind voelen of, in Lis’ geval, weer een kind zijn. De hele dag hebben we ons uitgeleefd op talloze glijbanen en dat we zo nu en dan werden getrakteerd op een regenbui mocht de pret niet drukken. Wat de pret voor Luc wel mocht drukken was de schaafwond aan zijn rug die hij opliep in de nieuwste attractie van het park; een glijbaan waar je eerst verticaal omlaag valt om vervolgens een looping/schroef te maken. Na de hele dag gesloten te zijn geweest wegens herstelwerkzaamheden gingen we ’s middags als één van de eersten en dus als proefkonijnen de pijp in om er gehavend uit te komen. Na Luc’s vrije val bleek namelijk dat dit zwarte gat niet alleen water maar ook stukken van zijn beschermshirt en rug verorberd had en werd een deel van de attractie meteen weer gesloten. Erg zielig voor hem natuurlijk, maar na behandeling op de eerste hulp en contact met de parkmanager kreeg hij letterlijk en figuurlijk ‘een doekje voor het bloeden’ aangeboden én we konden een slaatje uit dit ongemak slaan: een gratis ‘swing’ vanaf een 55-meter hoge toren (= soort kruising tussen parachutespringen en bungyjumpen. Of zoiets...). Hoewel de swing voor 2 personen gold wilde Luc het plezier van Liske niet in de weg vliegen en besloot hij om aan de grond te blijven en de eer helemaal aan haar te gunnen (lees: hoogtevrees...). Lis’ vlucht à la superwoman was een groot succes, maar haar vraag ‘waar we Luc nu weer eens vanaf kunnen gooien om nog meer gratis activiteiten te scoren’ viel wat minder in de smaak...

Na de heerlijke stranden van de Gold Coast besoten we om verder af te zakken naar Byron bay, alom bekend staand om haar laidback surf- en hippiecultuur. En ja, relaxed was het zeker en je hebt er echt legio goede surfers die de metershoge golven met schijnbaar gemak bedwingen, maar voor de eerste keer kwam voor ons ook de ‘leegheid’ van de surfcultuur aan het licht. Iedereen is cool, uiterlijk vertoon speelt een grote rol en net iets teveel gasten kunnen vaker opdrukken dan Luc. Meer dan 25 keer zeg maar...Het deed ons een beetje denken aan LA waar net als in Byron bay ontblote gespierde torso’s het straatbeeld bepalen en zelfs op het strand (of juist daar?) worden de nodige buikspieroefeningen afgewerkt. Als je net iets verder dan Byron bay op de net iets minder coole stranden naar surfers gaat kijken, is het trouwens wel leuk om te zien dat surfen in Australië echt iets is voor alle leeftijden. Van jongkies tot 60 plussers, iedereen probeert een mooie golf te pakken. Veel mensen zijn er zo gek van dat ze iedere dag voor en na het werk nog even de plank uit de wax halen.
Na Byron bay hebben we een stop gemaakt in Nimbin, het hippiedorp van Australië. Ze hebben daar in de jaren 70 een festival gehouden en een zooitje hippies op zoek naar ‘freedom en happiness’ is er nooit meer vertrokken. Geinig om hier een paar uurtjes rond te wandelen en voor even waanden we ons weer terug in Amsterdam, waar je op de Zeedijk ook op alle hoeken van de straat drugs krijgt aangeboden. De op straat afgebeelde slogan ‘don’t force your addiction on others’ wordt blijkbaar niet door iedereen opgevolgd. Overigens wel een beetje treurig om te zien dat afgaand op het aantal junkies de hippiecultuur voor hen voornamelijk draait om het gebruiken van zoveel mogelijk drugs en jezelf laveloos drinken, bij voorkeur en public en midden op de dag. De jongeman met pupillen zo groot als theeschoteltjes die bij de achterdeur van het Nimbin museum vroeg om een lift, gaf ons het laatste zetje om de bloemenbus naar veiligere wateren te manoeuvreren. Met onze hippiemobiel bevonden we ons in hippie-minded Nimbin natuurlijk al op iets te glad ijs.

Inmiddels begon het al tegen kerst te lopen en rees ook bij ons de vraag: wat gaan we doen met kerst? Omdat de fleurige bloemenbus al genoeg bekijks trok leek een versierde kerstboom ons niet meer nodig, maar om nu helemaal niets aan kerst te doen ging ons ook weer wat ver. Het plan om onszelf na 7 nachten parkeerplaats te trakteren op een echte camping viel al snel in duigen omdat Australiërs tijdens hun zomervakantie blijkbaar de onhebbelijke gewoonte hebben om onze campeerplekken bezet te houden. Maar zoals zo vaak tijdens onze reis diende de oplossing zich vanzelf aan. Op een parkeerplaats (waar anders!) in de buurt van Ballina kwamen we Carmen en Mike en hun over-the-top motorhome ter waarde van 3,5 ton tegen, die ons na letterlijk 3 minuten koetjes en kalfjes gezwets samen met onze Engelse buren/mede-wildcampeerders Rob en Jade uitnodigden om op eerste kerstdag bij hun thuis te komen dineren. Hoewel we bijna verzopen in de spraakwaterval afkomstig uit de mond van Carmen (noem het spraakwaterboarding), hebben we na enige aarzeling toch maar besloten om op hun uitnodiging in te gaan. Na kerstavond samen met Rob, Jade en een zooitje bloedzuigers doorgebracht te hebben op, en vanwege de regen letterlijk in het koffiedistributiepunt van de driver reviver van New Italy, zijn we op eerste kerstdag na het nuttigen van een typisch Engels kerstontbijt (gebraden worst op brood weggespoeld met een mix van champagne en sinaasappelsap) vertrokken naar Woombah waar Carmen en Mike naar eigen zeggen in een huis zo groot als een hotel woonden. Niets bleek minder waar en na navraag bleken ze ook nog de rest van de straat de bezitten. Carmen, die we overigens niet verdenken van een overdadig intellect, had op haar 27ste (ze was nu 54 en al overgrootmoeder!) tegen de natuur in toch iets slims gedaan en een stuk land midden in de bush gekocht. Dit op het oog waardeloze stuk land dicht bij de zee bleek 20 jaar later in één keer veel geld waard te zijn omwille van de ontwikkelingspotentie. Gelukkig voor ons had ze nog niet alle lappen grond verkocht en mochten wij overnachten in een weiland aan het eind van de straat die we moesten delen met de beschilderde Wicked-bus van Rob en Jade en een kudde kangoeroes. De spraakwaterval die we 2 avonden eerder over ons heen kregen bleek nog maar een voorbode van de woorden-tsunami die ons die avond uit de mond van Carmen te wachten stond. Haar verhaal werd eigenlijk alleen maar onderbroken door commando’s waarmee ze haar man Mike aanstuurde. Als oud Bondi-beach lifesaver en marinekok wist hij dondersgoed wie het geld verdiend had en naar het principe ‘wie betaalt bepaalt’ onderging hij dan ook gedwee zijn lot als slaaf van het huis. Wij werden ondertussen over van alles en nog wat bijgepraat: dat ze in een weeshuis was opgegroeid, ze nu miljonair is, ze twee broers heeft welke beide als zware crimineel te boek staan, ze nog een stuk of 12 andere broers en zussen heeft in Australië en Amerika, ze aan haar derde huwelijk bezig was, hoeveel de cadeautjes aan haar (achter-)kleinkinderen gekost hadden etc. Alleen haar pincode hebben we niet kunnen achterhalen, maar voor de rest zijn we helemaal bij. Helaas was er gedurende dit relaas geen tijd om vragen aan ons of Jade en Rob te stellen c.q. hadden wij niet de mogelijkheid om iets over onszelf te vertellen. Maar al met al best vermakelijk om op een dergelijke manier de hele avond geentertaind te worden, zeker aangezien het anders een eenzame kerst was geworden, maar echt ongelukkig waren we niet toen we de volgende dag onze bloemenbus sommeerden de kangoeroes van zich af te schudden en de wei te verlaten.

Na op 2e kerstdag een bezoekje aan de stranden van Southwest Rocks en Crescent Head te hebben gebracht en aldaar hamburgers van de strandbarbeque te hebben gegeten (wat een geweldig gebruik is dat toch in Australië, overal openbare bbq’s!), kwam ‘s avonds laat ook de oplossing voor het vraagstuk ‘waar slapen we gratis en met een laag boeterisico tijdens nieuwjaar in Sydney’ aanwaaien. Onze strategie om (met Sydney en dus nieuwjaar in het verschiet) tijdens ieder gesprek met een Australiër te laten vallen dat we nieuwjaar in Sydney wilden vieren ‘maar nog niet wisten hoe en wat’, begon na een wirwar van bruikbare en onbruikbare tips eindelijk zijn vruchten af te werpen. Op zoek naar een geschikte slaapplek kwamen we tegen middernacht in hillbilly Kempsey, 2 hippiemeisjes tegen die ons de gouden tip gaven: een afgeschermde openbare parkeerplaats aan het strand in Clovelly, op loopafstand van Bondi-beach, waar zelfs veel locals geen weet van hebben. Klinkt goed, die houden we erin, maar niet voordat we nog een bezoek hebben gebracht aan Port Macquarie, het Myall lakes national park en Port Stephens. De laatstgenoemde plaats wordt, in ieder geval door de lokale VVV, bestempeld als DE dolfijnenhoofdstad van Australië. Uiteraard met gevolg dat door deze marketingcampagne de nodige pegels worden verdiend en er dus weer schandalige bedragen gevraagd worden om een paar Flippers van dichtbij te kunnen zien. Omdat we op onze route langs de Oostkust al de nodige dolfijnen hebben gespot was voor ons alleen ‘snorkelen met dolfijnen’ interessant. Uiteraard de duurste tour, dus toen we na lang wikken en wegen eindelijk hadden we besloten om de nodige dollars te laten rollen zat alles al vol. Zo wordt het maken van keuzes wel erg gemakkelijk...
Na vertrek uit Port Stephens hebben we nog een bezoek gebracht aan de laatste twee driver revivers boven Sydney. Hier hebben we bij de locale vrijwilligers onze theorie met betrekking tot gratis overnachten in Sydney nog een keer getoetst en met succes: ‘you just have to be cheeky enough to do it’ was de gewenste repliek. Verder hebben we nog wat Henk en Ingrid oneliners verzameld (it’s better to push your car than getting fuel in Wilcannia where the abo’s live...’) en wat gratis bakkies en cookies verzameld. Wederom een groot succes dus.

30 December, eindelijk is het dan zo ver, de skyline van Sydney komt langzaam in zicht. Als mensen je voor vertrek op deze wereldreis vroegen welke bestemmingen we allemaal gingen aandoen, zat Sydney steevast in de opgesomde shortlist. Sydney is om meerdere redenen een ijkpunt in onze reis: we vieren er nieuwjaar, Luc’s ouders, oom en tante voegen zich in Sydney bij ons om een dikke twee weken met ons mee te reizen en daarnaast zijn we qua tijd en afstand ongeveer halverwege onze reis. Tevens beweren vele ervaringsdeskundigen dat het een relaxte stad is, dus er zijn meer dan voldoende redenen aanwezig om naar dit moment uit te zien.
Na het passeren van de stadsgrenzen was het eerst zaak om het vluchtig getekende plattegrondje uit nachtelijk Kempsey te ontcijferen en onze weg naar Clovelly beach te vinden. Geholpen door de navigatieskills van Lis en de stuurmanskunsten van Luc stonden we niet veel later op een schitterende parkeerplaats op letterlijk 25 stappen van het strand. Echt een geniale plek waar we enkele uren later werden vergezeld door onze reisbuddies Erik en Elkie die overnachtoptie twee aan het checken waren: de stad op z’n Guus Hiddinks per trein vanaf de zijkanten penetreren, vanuit driver reviver Faulconbridge. Hoewel 100 meter verwijderd van onze droomplek een bordje ‘no camping’ stond, versierd met het dreigement ‘penalties exceed $1.500,-‘, overtuigden we onszelf al snel van de reeds vooraf vaststaande conclusie: ‘we’re here to stay!’. Nadeel was wel dat het achterwerk van onze bloemenbus in de buurtmoestuin geparkeerd stond, welke iedere ochtend trouw werd bijgehouden en gesproeid door de lokale Rob de tuinman. Om 7.30 uur ’s ochtends welteverstaan. Nou goed, een kniesoor die daar op let natuurlijk en dus werden wij iedere ochtend even wakker van een sprenkelende tuinman, met als gevolg dat we het prangende ‘ik-wil-de-bonenstaken-zo-snel-mogelijk-voorzien-van-wat-extra-bemesting-gevoel’ nog even moesten controlen tot de groenteman weer vertrokken was. Voor de rest was het DE droomplek voor iedere straatcampeerder in Sydney: een heerlijk strand op 25 stappen voor een frisse ochtendduik, een stranddouche met zoetwater om de uiterlijke mens te reinigen en een toilet om na de ochtendkoffie de beer los te laten en tegemoet te komen aan de impulsen van de innerlijke mens. En dat allemaal voor het lieve sommetje van nul euro. Héééérlijk! We hadden ons na 5 nachten Clovelly (!) bijna aangemeld als moestuinman en -vrouwe, maar verdere ontdekkingsdrang heeft ons daarvan weerhouden.
Vanuit Clovelly hebben we de eerste dag een mooie rotswandeling gemaakt naar het beroemde Bondi beach. Een schitterend wandeling, maar ook de bestemming mag er zijn. Bondi is echt een vergaarbak van de meest uiteenlopende types: van hippies tot yuppen, van travestieten tot patsers en van bodybuilders tot Luc&Lis. Een geweldige plek om eens lekker naar mensen te kijken; wederom goedkoop vermaak zoals we het graag zien. Tevens wordt er de real life serie ‘Bondi rescue’ opgenomen waar we zonder er veel benul van te hebben nog in hebben gefigureerd. Met name Lis is al sms’end prominent in beeld terwijl een lifeguard zijn verhaal doet bij de cameraman na een juist uitgevoerde redding. Een topless travestiet in de achtergrond kan de aandacht nog wat afleiden, maar haar 15 minutes of fame zijn zonder twijfel aangebroken. De andere 14 houdt ze nog even achter de hand; de reis is immers nog lang.
Dan is het eindelijk zover: 31 december 2011. Vol verwachting klopt ons hart en ook 2012 rammelt al zachtjes aan de deur. Het plan is om samen met 20.000 anderen nieuwjaar te gaan vieren in de botanische tuin van Sydney, met vrij uitzicht op het Operahuis en de Harbourbridge. Het bekende shot uit het Achtuurjournaal van 1 januari zeg maar. Struikelblok is echter dat de veiligheidsmaatregelen sinds vorig jaar als gevolg van de rellen flink zijn aangescherpt en zelf meegebrachte alcohol is schijnbaar niet meer toegestaan. Omdat we de bui van 8 dollar per lauw biertje al zagen hangen, hebben we samen met Erik en Elkie een masterplan gesmeed om ondanks de strenge controles toch zoveel mogelijk alcohol mee naar binnen te smokkelen. Conform het principe kansenspreiding werden enkele limonadeflessen geledigd en vervolgens weer gevuld met witte wijn, werden wat blikjes bier in de tas gestopt als afleidingsmanoeuvre en stapten wij over op de grote vodka-water wisseltruc. En jus d’orange voor de vitamientjes natuurlijk. Jaja, we voelden ons weer helemaal middelbare scholieren op de achterste rij van de bus! Om 9.30 ’s ochtends kwamen we vol goede moed aan bij het park en constateerden we dat we zeker niet als één van de eerste 10.000 aansloten in de rij. Tjongejonge wat een rij om, ik herhaal, 9.30 uur ’s ochtends! Toen om 10.00 uur de poorten van de park opengingen en de rij maar mondjesmaat en in interval-schuiffeltempo in beweging kwam, werd het gevoel gesterkt dat er bij de poort een vrij strenge controle plaatsvond. Blijkbaar waren we niet de enige die er zo over dachten omdat we langs de route van de rij steeds meer lege en zelfs volle flessen alcohol tegenkwamen. Het kan maar alvast in je aders zitten was blijkbaar de redenatie. Aangezien Lis van zichzelf vond dat ze het beste kon liegen (je kan maar een kwaliteit hebben natuurlijk...) mocht zij zich ontfermen over de glazen fles champagne die we in de picknickdeken hadden gerold. En ja, wonder boven wonder, door de grootste doorbitch opzichtig te ontlopen en een murwgecontroleerde beveiligingsbeambte uit te kiezen kwamen we met de volle buit door de controlefuik. Zelfs het vuurrode hoofd van ‘leugenkoningin’ Lis als reactie op de indringende vraag ‘heb je nog alcohol of glas bij?’ werd niet meer gezien. Yes, het feest kan beginnen! Wel een erg lang feest, want het was nog maar 13.00 uur. Na de hele middag en avond met zijn vieren doorgekomen te zijn met spelletjes, eten, ouwehoeren, eten en nog wat spelletjes werden we langzamerhand beslopen door het nieuwe jaar. Tegen half negen werden we opgewarmd met het kindervuurwerk en vanaf 10.00 uur werd om het half uur een klein fortuin de lucht ingeschoten om de massa een beetje bij de les te houden. Een opwarmertje, want om 0.00 ging het pas echt los met het grootste vuurwerk wat wij in ons bestaan ooit hebben gezien. Machtig mooi! Helaas is het filmje wat we ervan gemaakt hebben deels mislukt en zal Lis nog wel eens een keer aan jullie uitleggen hoe dat zo gekomen. Een afterpary in Bondi zat er vanwege ‘nieuwjaarsmoeheid’ niet meer in en na een straffe kustwandeling terug naar Clovelly vielen we tijdens een innige omhelzing met het bed van de bloemenbus om 4.00 uur ’s ochtends in slaap.

Na op 1 januari de scherven bijelkaar geveegd te hebben op het strand van Clovelly en onze eerste nieuwjaarsduik ever op ons palmares geschreven te hebben (die bij 30 graden tellen toch ook of niet?), stond de dag voornameijk in het teken van overleven en een bezoekje aan de wijk Manly. Alleen het nemen van de ferry vanuit circular quay en de gratis rondvaart door de riviermond die je zodoende krijgt, is het bezoekje aan Manly al waard.
Toen we op 2 januari goed en wel gewend waren aan de nieuwe jaarschijf was het tijd om het reisteam te versterken (en de gemiddelde leeftijd op te krikken!) met de ouders (Ria & Ger) en oom en tante (Annie & Emile) van Luc. Toen moeders hoogstpersoonlijk en tot tevredenheid had geconstateerd dat het merendeel van de in Azie verloren kilo’s er al weer aanzaten, maakten we ons op voor 2 extra dagen sightseeing in Sydney. Must do’s als de harbourbridge en het operahuis, maar ook de oudste wijk ‘The Rocks’ en Kings Cross werden spoedig van het lijstje geschrapt. We hebben zelfs voor de eerste keer in Australië biertjes gedronken op het terras en zijn uit eten geweest in een heus restaurant! Nou ja, hamburgers in de Irish pub, maar na 5 weken priegelen op een gasstelletje telt dat ook toch? Het feit dat je je bestelling zelf aan de bar moest doorgeven én weer ophalen maakte voor ons de overgang van de zeven magere naar de zeven vette jaren iets minder groot. Een prima start mogen we wel stellen.
Na 2 gezamenlijke dagen Sydney was het voor de oudjes (mogen we dat zeggen? Ja, gezien het aantal kleinkinderen mogen we dat zeggen!) tijd om hun camper op te halen, de spiegel er binnen 5 minuten af te rijden, weer terug te gaan naar het verhuurbedrijf voor een nieuwe spiegel en een succesvolle herstart te maken. ‘Zo’n ding is toch wat breder dan je denkt’ waren de woorden van de onfortuinlijke bestuurder, die we niet bij naam zullen noemen omdat dat zijn autoriteit als oud-leraar natuurkunde aan het Valuascollege in Venlo bij de komende skireis in februari of als invalleraar zou kunnen aantasten. En dat willen we natuurlijk niet op ons geweten hebben. Voordeel van zo’n incident aan het begin van de verhuurperiode is wel dat je de extra verzekering er meteen uit hebt. Zoals zo vaak krijgt de grote filosoof JC gelijk: ieder nadeel hep z’n voordeel. Ondanks het spiegelincident hadden we nog voldoende tijd om wat viewpoints in de Blue Mountains af te werken en een kleine wandeling te maken. Al met al een succesvolle eerste rijdag.
Aangezien reizen in Australië meer is dan alleen mooie kustroutes en juist dit de eerste vijf weken van ons verblijf in Oz op het programma had gestaan, hadden we er in samenspraak voor gekozen om de kust voorlopig te laten voor wat ie was en vanuit Sydney de oversteek te maken naar Adelaide. Via de outback wel te verstaan. Je kan natuurlijk niet zeggen dat je het land gezien hebt door alleen maar aan de aangeharkte kust te blijven terwijl het continent voor 80% uit niemandsland bestaat. Hop, de outback in dus, en vlug een beetje. ‘Een beetje vlug’ kun je er inderderdaad wel gaan omdat de wegen net zo recht zijn als ze op de kaart lijken: lineaal- en dus kaarsrecht. Mooi is ook dat het zelfs voor de grootste orientatie onbenul vrijwel onmogelijk is om fout te rijden. De GPS geeft dingen aan als ‘ga over 446 km rechtdoor’ en als chauffeur schrik je je wezenloos als er na 60 km al starend in de verte plotseling een hoek van 5 graden naar links in de weg zit. Het klinkt allemaal wat saai, maar wij vonden het alles behalve dat. Het landschap is machtig leeg, maar wel kleurrijk en veranderlijk, de berm wordt zo nu en dan opgesierd met emu’s en tegemoet komende roadtrains (héééél lange vrachtwagens) nopen je om scherp te blijven. En mocht je het vergeten, borden met teksten als ‘don’t drive like a wanker’ en brievenbussen aan de weg met (waarschijnlijk?) huizen achter de horizon doen je herinneren dat je op het Australische platteland bent. De gravel landingsbanen in de middle of nowhere nemen je terug naar de jaren 80 van ‘The Flying Doctors’ en ook de dorpjes waar we op de rem hebben getrapt of zelfs hebben overnacht zijn als uit een Clint Eastwood western gegrepen. The good, the bad and the bloemenbus; het lijkt ons wel wat.
Achtereenvolgens hebben we ons kamp opgeslagen in Bathurst, Cobar en Broken Hill, waarbij we met name Broken Hill en het nabij gelegen Silverton als oude mijnstadjes wat aandachtiger hebben bekeken. Als je wil weten hoe Silverton eruit ziet moet je Mad Max met Mel Gibson even kijken, die is daar namelijk opgenomen. Mel is er allang met de buit vandoor, maar de decorstukken staan nog weg te stoffen in de leegte. Wel een aardig gezicht vonden wij. O ja, we hebben tegen de adviezen van Henk van de driver reviver in, ook nog getankt in Wilcannia (it’s better to push your car than take fuel in Wilcannia’; remember?). Een treurige bedoeling inderdaad, met de nodige dronken aboriginals als publiek. Geen plek om eens uitgebreid de tijd te nemen voor een picknick. Voor filmmateriaal, bel Annie Verstraelen.
Na 3 dagen puffen door de middle of nowhere kwamen we eindelijk aan de rand van de middle of nowhere): de grens tussen de staten New South Wales en South Australia. Na net op tijd boetevrij al onze verse groenten en fruit geloosd te hebben (fruitvlieggevaar!), reden we South Australia binnen en naderden we onze volgende bestemming: the Flinders Ranges. Dat Ria onbedoeld tegen de groente- en fruitcontroleur moest liegen over de wel degelijk aanwezige uien en aardappelen noemen wij een leugentje om bestwil. Zo tegen het einde van de dag, toen de senioren al voorzichtig begonnen te morren over het gebrek aan de door ons beloofde kangoeroes, moesten we bij het binnenrijden van de lange bergketen (=Flinders ranges) vol in de rem voor Skippy, die ons vanaf de berm al mijlenver zag aankomen. Omdat hij zag dat met name de ouderen het lange tijd zonder springende kangoeroes hadden moeten stellen, had hij binnen no time al zijn vriendjes opgetrommeld om op de weg te gaan zitten. Om te voorkomen dat we die avond verplicht kangoeroebeefstuk moesten eten, hebben we de resterende 20 km in sukkeldraf voltooid. Als klap op de vuurpijl zat de meest brutale van het stel ons op de camping op te wachten, om ons de rest van de avond niet meer met rust te laten. Toen wij op een moment van onachtzaamheid de kangoeroe in onze pot vonden, hebben we hem jammer maar helaas toch de deur moeten wijzen. De kangoeroehonger was wel weer even gestild. De Flinders Ranges waren overigens prachtig, zoals we te voet naar Wilpena Pound en per auto hebben kunnen constateren.
Na de Flinders Ranges hebben we een campingeigenaar in Quorn zowel de stuipen op het lijf gejaagd als de dag van zijn leven bezorgd. In één keer 6 betalende gasten! Dat had hij in het lopende hoogseizoen op zijn verder angstvallig lege camping tot dusver nog niet meegemaakt. De blije blik in zijn ogen was ontroerend en het lawaai van de honderduuzend papagaaien in de kaal gevreten bomen oorverdovend. Ook de lokale hangjeugd voor de kroeg was niet gewend aan het feit dat zes vreemdelingen hun territorium binnendrongen. Tot een shootout is het niet gekomen; verbaasde blikken en een vertwijfeld ‘hello’ waren de enige noemenswaardige wapenfeiten. O ja, leuk is wel dat we eindelijk iemand zijn tegengekomen die de boeken schrijft die we nu al bijna een half jaar in onze rugzakken meezeulen: de Lonely planet. De andere betalende gast op de camping bleek namelijk de LP ‘Outback Australië’ geschreven te hebben. Zo kom je nog eens iemand tegen.
Bij het verlaten van verlaten Quorn werd de weg richting Adelaide ingeslagen, bij ons voornamelijk bekend omwille van haar omliggende wijngebieden. Desalniettemin, of eigenlijk juist vooral daarom, reden om daar maar eens snel een kijkje te gaan nemen. Zo hebben we op weg naar onze bestemming aan de zuidkant van de stad in McLaren Valley een stop ingelast voor een lange, luie lunch in de wijnvelden van Clare Valley. In McLaren Valley hebben we vervolgens een middagje tandems gehuurd om de wijnvelden, en met name de woonboerderijen inclusief –proeverijen, aan een nadere inspectie te onderwerpen. Een doorslaand succes! We weten nu o.a. eindelijk waar de wijn vandaan komt die we op ons afscheidsfeestje in augustus geschonken hebben: Hardy’s.
Tevens hebben we nog even van de gelegenheid gebruik gemaakt om Adelaide te bezoeken. Op zich een aardige stad, maar 1 dagje vonden we wel weer genoeg. Het feit dat de Tour Down Under te beginnen stond en we zodoende de nodige wielrenners gespot hebben, gaf de dag nog wat extra cachet.
Nadat Annie en Lis een vogeltje met de ruitenwisser van de bloemenbus hebben vermoord en we via Coorong National park, Robe en Warnambool verder langs de kustlijn waren afgezakt, diende het volgende highlight zich al spoedig aan: de Great Ocean Road. Aan de hoeveelheid Jappanners en slecht geklede Amerikanen kun je zien dat de 12 Apostelen verreweg de meeste bekendheid genieten, maar dat wil zeker niet zeggen dat de andere stops op de route niet de moeite waard zijn. Integendeel, het missen van de overige en minder bekende stops en viewpoints zou een regelrechte schande zijn en dat wilden we onszelf niet aandoen. We hebben er dus maar eens rustig de tijd voor genomen. ’s Avonds hebben we ingecheckt op een camping waar we eindelijk, en voor de eerste keer in Australië, wilde koala’s hebben gespot en geschoten, om maar te zwijgen van papegaaien en kangoeroes. Met de camera uiteraard, dat spreekt voor zich. Vooral het geluid wat ze ’s nachts produceren zal ons nog lang bijblijven; een snurkende zeeleeuw kan hier nog een puntje aan zuigen. Ook het gesprekje dat Joosten Jr. en Sr. voerden met onze beschonken achterbuurman was memorabel. Hij kon er met zijn dronken hoofd niet bij dat Nederlanders in een zompig stuk land onder de zeespiegel bleven wonen. ONGELOFELIJK was het! We hebben onze gespreksbijdrage maar beperkt tot vriendelijk knikken.
En toen was het in één keer 15 januari en tijd om na zeven weken onze fleurige bloemenbus gedag te zeggen. Met waterige ogen en in de overtuiging dat hij nooit meer betere baasjes zal krijgen dan wij, hebben we hem teruggegeven aan de rechtmatige eigenaar. Bij het scheiden van onze wegen leek hij nog even met zijn rechterkoplamp naar ons te knipogen, maar dat kan ook verbeelding zijn geweest....hoe dan ook, we hebben het geweldig naar onze zin gehad in ons kleine en gezellige Hippiebusje!

Aangezien we met het inleveren van de bloemenbus ook onze slaapplek hadden opgegeven, hadden we ons mentaal ingesteld op 4 nachtjes in een iets te klein tentje in de schaduw van de grote senioren-Britzcamper. Echter, toevallig hadden wij net die ene camping op het Zuidelijk halfrond geboekt waar niet in een tent gekampeerd mocht worden. Hoe dat mogelijk is? Dat weten wij ook niet. Gelukkig hadden pa en ma Joosten een superoplossing voor ons in petto en hebben we de laatste 4 nachten heerlijk luxe kunnen verblijven in onze eigen 6-persoons stacaravan. Wat een ruimte na al die tijd in de bloemenbus! We wisten in het begin van gekkigheid niet wat we ermee aanmoesten, maar al gauw hadden we door dat we er met de komende 5 maanden in het verschiet vooral van moesten genieten.
Naast het bezoeken van de stad Melbourne (die wij zeer de moeite waard vonden!), hebben we bij 35 graden een dagje zitten bakken op de tribunes van de Australian Open tenniskampioenschappen. Met onze groundpas konden we op alle banen behalve het centre court en baan 2 een dag lang naar toptennis kijken. We trapten af met Ferrer (no. 5 v.d. wereld)-Machado, gingen vervolgens naar Tipsarevic (no. 9 v.d. wereld)-Tursunov, hebben de ‘kleine Kraai’ zien afrekenen met de zeikerige Duitse Barrois en hebben een trainingkje van Tsonga (no. 6 v.d. wereld) meegepakt. ’s Avonds hebben we nog een potje van Ivanovic tegen een Spaanse hobbit gekeken (Dominguez Lino). Het leven is soms erg onrechtvaardig; Ivanovic was 2 keer zo groot, 4 keer zo goed, 8 keer zo mooi en had 248 keer meer supporters op de tribunes. In meerdere opzichten een inmaak partijtje dus, maar een mooie afsluiting van een lange en geslaagde tennisdag.

19 Januari was het helaas tijd voor de minst leuke dag van ons verblijf in Australië: afscheid nemen van het land waar we het zo enorm naar onze zin hebben gehad én van onze familie, die nog een dikke 2 weken zonder ons verder gaan. Pap, mam, Annie en Emile, wij vonden het superleuk en gezellig dat jullie 2,5 week met ons mee wilden reizen. Wij hebben genoten van jullie aanwezigheid, de koude avondjes in jullie grote warme camper en de (voor ons) luxe kampeerstijl ;-). Geniet nog van de resterende periode in Australië en hopelijk resulteert het gehobbel achterin de camper niet in meer slachtoffers!

Na een dikke zeven weken Australië hebben we denk ik een vrij goede indruk gekregen van wat het land ons allemaal te bieden heeft. Zoals altijd weer een aantal dingen die we opgemerkt hebben:

De grootste pluspunten waren
- De driver revivers
Het principe driver reviver is op zichtzelf al een geniaal idee. Een rustplek met gratis koffie en cookies als veilige haven voor vermoeide chauffeurs. Dat wij naast deze vinger ook de hele hand hebben genomen door ze te gebruiken als overnachtingsplek of zelfs als camping, zal wel nooit echt de bedoeling ervan zijn geweest maar heeft voor ons zeer goed uitgepakt. Niet alleen budgettair was het een voltreffer maar we hebben er ook nog eens ontzettend veel leuke mensen ontmoet. Als je in Australië bent tijdens hun zomervakantie (december/januari) en je moet op de kleintjes letten; een absolute aanrader.
- De Australiërs en hun levensstijl
Het mogen dan wel Engelsen in de zon lijken, maar wat een vriendelijk en nieuwsgierig volk! Tijdens ons verblijf zijn er echt ontelbaar veel Aussies op ons af gekomen om een babbeltje te maken, advies/tips te geven of andere hulp aan te bieden. Waar ter wereld maak je mee dat je al na 3 minuten babbelen langs de snelweg wordt uitgenodigd voor het kerstdiner? Wij weten het in ieder geval niet. Ook de levensstijl, in het gebied wat wij gezien hebben althans, leek ons erg relaxed: mooi weer, altijd een mooi strand in de buurt (met bijbehorende koudwaterdouches voor zwervers als wij!) en iedere avond tijd voor een barbeque. Tuurlijk, daar is het nu ook zomer, maar wij verdenken de Aussies ervan dat ze het hele jaar rustig aan doen. No worries mate, you’re alright!
- De bloemenbus!
Na 3,5 maand van bussen, treinen, boten, taxis en andere vervoersmiddelen waarbij we niet zelf aan het roer mochten staan, was het heerlijk om het heft zelf in handen te hebben. Gaan en staan waar je wil, camperen op de mooiste plekjes en stoppen waar wij zin hadden zonder dat een man met spleetogen of een snor uitmaakt waar en wanneer we wel of niet mochten plassen.

Minpunten:
- Eigenlijk kunnen we maar 1 echt minpunt bedenken en dat heeft ook nog eens vooral met het gekloot van de Zuid-Europeanen en de verantwoordelijke Europese leiders te maken: Australië is DUUUUUURRRR!!!! Natuurlijk staat de Euro er op dit moment niet echt rooskleurig voor, maar 5 Australische dollar (= ca. 4 euro) voor een basic supermarktbrood vinden we wel erg veel. Gelukkig hebben we onze uitgaven aardig goed onder controle kunnen houden, maar daar was wel wat kunst en vliegwerk voor nodig.

Kortom: een 9-!

Okee beste mensen, jullie kunnen nu opgelucht ademhalen, we zijn er namelijk doorheen. Het was even doorbijten, we weten het, maar meer dan een maand geen update posten kan nu eenmaal niet ongestraft voorbij gaan. We zullen voor ieders bestwil in Nieuw Zeeland proberen beter up-to-date te blijven...

Cheers!

  • 27 Januari 2012 - 11:54

    Meeike:

    Hehe, eindelijk weer een verhaal; tjonge wat lieten jullie ons lang wachten maar gelukkig is het langer dan ooit! Zo gaat die vrijdag wel heel snel voorbij ;-). Verschrikkelijk jaloersmakend allemaal weer, zeker nu de lang verwachte mini-ijstijd in Nederland toch schijnt te naderen... Heel veel plezier in New Zeeland en hopelijk wat meer internet daar, miss you!
    XX

  • 27 Januari 2012 - 13:05

    Erik:

    Woooooow!! Dit waren de eerste minuten op m'n werk die ik een beetje makkelijk door ben gekomen deze week!! Wat een geweldig verhaal! Ik las dat jullie alweer met de neus in de boter zijn gevallen, en walvissen hebben gezien in Kaikoura??! VET!! Ben wel een beetje jaloers hoor... Wij zitten alweer volop in het NL ritme, inclusief stress, regen en kou!!

    Jullie maken trouwens geweldige foto's! Vooral van surfdude-luc is legendarisch! :) En die van good-old-mike-de-gepensioneerde-lifeguard natuurlijk... HEEL veel plezier nog in NZ, 6 weken lang, whoehoe!! Ben benieuwd naar het volgende reis-verslag... Misschien binnenkort nog een keertje skypen? Ik stuur jullie onze skypenaam nog wel even door!

    Have fun!!

  • 27 Januari 2012 - 13:39

    Agnes:

    Allemachtig, daar zijn we weer hè............................,en natuurlijk weer met een benijdenswaardig verhaal! En dat is "nog maar" Australië.........................., nog mooier kan haast niet,
    en toch....................................?
    Nieuw Zeeland, het toppunt...........................??????
    We zullen het gauw ervaren, niet?
    Verdere spannende ontdekkingsreis!
    Groetjes en veel liefs.

  • 27 Januari 2012 - 14:47

    Suzanne En Marcel:

    Erg leuk zo'n lang verhaal op de vrijdagmiddag, nu is het tenminste bijna weekend:)! En het klinkt allemaal weer fantastisch! En gewoon nog steeds in de korte broek he! Hier gaat het komende week (zeggen ze) vriezen, bahbah, was nu onderhand wel toe aan zomer:). Leuk die kangoeroes!! Heel veel plezier in Nieuw Zeeland, weer een heel nieuw avontuur!

  • 27 Januari 2012 - 18:35

    Jose :

    Heerlijk weer zo mooi beschreven dat het leest als een goed boek, het verveelt geen moment Jammer voor jullie dat de wisselkoers zo ongunstig is op het moment. Daar wordt je echter zo te lezen wel inventief van, wat dan weer een leuk avontuur oplevert.
    Geniet van Nieuw Zeeland dat zal jullie ook heel erg goed gaan bevallen. Ben benieuwd hoe jullie dat gaan beschrijven. Tot de volgende up-date!

  • 27 Januari 2012 - 19:45

    Mieke:

    He globetrotters!! Geweldig jullie verhaal zeg, kangaroes, bloemenbus, australian open, en wodka smokkelen.... Oftewel jaloers!!! Damn wat zou ik nu graag met jullie willen ruilen, lekker in nieuw-zeeland! Kom maar op met jullie nieuwe verhaal, ik kijk er nu alweer naar uit! Wat een schrijftalent :-)

    Geniet er ontzettend van daar!!!

    xxx

  • 27 Januari 2012 - 21:30

    Jose :

    By the way, op 3 maart gaan we met iedereen van de familie die daar zin in heeft vieren dat 100 jaar geleden op die dag Liske's opa is geboren. Rond die tijd zijn jullie net klaar in Nieuw Zeeland en hebben jullie dan nog geen verplichtingen op het werk dus zal het leuk zijn als jullie ook even over komen. Jullie zijn van harte welkom. (gratis overnachting) :-)

  • 28 Januari 2012 - 10:16

    Vivian:

    Fantastisch! Wat een prachtige foto's en verhaal! Veel plezier in NZ en ik lees graag over jullie avonturen daar........ Geniet ze!

  • 28 Januari 2012 - 15:05

    Angele:

    Ik sluit me bij Vivian aan... wat geweldig! Zit helemaal mee te genieten vanaf de bank. Heel veel plezier in N-Z!
    Ps. ik heb me het hele verhaal af zitten vragen wie nou die spiegel van de camper af heeft gereden... en ik weet het nog steeds niet ;-)

  • 29 Januari 2012 - 09:14

    Mia En Jo:

    Jongens....,wat hebben wij uitgekeken, naar een volgend verhaal, maar het was het wachten waard. Heerlijk om je weer helemaal in te kunnen leven, in wat jullie allemaal meemaken. Is het wel een beetje meegevallen, om je aan te passen aan het tempo van de mensen op leeftijd, die bij jullie op bezoek waren ? Op de foto's te zien, genoten zij net zoveel als jullie.
    Wij kijken al weer uit naar het Nieuw-Zeeland avontuur.

    Groetjes van jullie fans uit het koude Holland.

  • 29 Januari 2012 - 09:50

    Annie,Ria,Ger,Emile:

    Beste Luc en Liske,
    We hebben ons goed vermaakt bij jullie beschrijvingen van onze belevingen tijdens ons gezamenlijke verblijf in Australie! Ik ben zeer content dat niet wereldkundig is gemaakt welke oen die spiegel er zo snel af heeft gekregen. Ter compensatie van het geleden leed heeft ondergetekende voor de groep de kookkunsten van Liske (de tennismuts?) voortgezet. Dus we zijn nog niet van honger omgekomen In behapbare etappes hebben we intussen de zuid en oostkust afgelegd tot het meest oostelijke puntje’Byron Bay, waar we ons onder de hippies van over de hele wereld gemengd hebben. De dames wilden hier zelfs nog een dag extra blijven; peace man.
    Onderweg bijzondere zaken: veel koala’s (Paynesville), regenwoud +bijzondere delta (Malacoota), Pambula beach (mooie stranden), Bermagui (idem), Jervis Bay (mooie omgeving),Freemans waterhole (lekkere sauna met zwembad), Port Maquarie (slecht weer), op weg naar Byron Bay, door een zonsvloed noodgedwongen omgekeerd en een paar dagen in Woolgoonga gekampeerd (ondanks de gesluierde zon ram verbrand!). Gisteren toch Byronbay bereikt.. Temperaturen OK, wel bewolkt. We vallen tussen de lokale hippie niet op.
    Morgen gaan we naar de Gold Coast, richting Brisbane. Het einde van onze trip begint in zicht te komen; genieten jullie nog maar wat langer….
    Groetjes en een kus en hug,
    Emile (Annie, Ria en Ger)

  • 29 Januari 2012 - 18:49

    Lauretta:

    Nou, de inspanning van het lezen van het lange verhaal was het meer dan waard! Heerlijk om te lezen. Er staat weer een land op m'n to-do-list! Gaan jullie nog naar vervelende landen want zo wordt m'n lijst wel erg lang... Veel plezier weer! kus

  • 31 Januari 2012 - 21:03

    Pieter:

    Nice story! Ozzie rules, da's duidelijk. Weet zeker dat NZ ook helemaal top wordt.


  • 01 Februari 2012 - 12:56

    Ank:

    Jaaaa zalig weer om te lezen. Erg leuk en herkenbaar :) Hier is de winter dan toch echt aangebroken. Maar dat heeft wel wat zo met het zonnetje erbij. Blijven genieten! Xx

  • 10 Februari 2012 - 16:50

    Tante Nellie:

    Hallo wereldreizigers,
    Aan jullie verhalen te lezen zijn jullie het reizen nog lang niet moe.Luc van Harte gefeliciteerd met je 30e verjaardag. Maak er maar een bijzonder feestje van.Verder nog een goeie reis en veel plezier!Nellie en Jan.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Luc en lis

we maken in 10 maanden tijd een reis rond de wereld

Actief sinds 10 Jan. 2009
Verslag gelezen: 5765
Totaal aantal bezoekers 136025

Voorgaande reizen:

18 Augustus 2011 - 17 Juni 2012

Around the world!

15 Januari 2009 - 14 April 2009

Reis naar Zuid America

Landen bezocht: